Hoe stomen we onze gebouwde omgeving klaar voor 2050?

Voor het aantal woningen dat op moment van schrijven van het gas af wordt gehaald geldt dat ze sterk achterblijven op het tempo dat is vereist om tegen het jaar 2050 aan de klimaatdoelstellingen te kunnen voldoen. De gebouwde omgeving dient tegen dat jaar dan ook volledig CO2-neutraal te zijn. Er is echter nog behoorlijk wat werk aan de winkel om dit voor mekaar te krijgen. Wat er nog allemaal precies dient te gebeuren en op welke manier we kunnen toewerken naar het eenvoudiger realiseren van de beoogde doelstellingen ontdek je meteen hier op deze pagina.

Tegen welke problemen lopen we aan met de huidige aanpak? 

Verschillende analyses die zijn uitgevoerd door TNO hebben aangetoond dat we op moment van schrijven nog tegen verschillende problemen aanlopen. Aanvankelijk blijkt uit deze analyses wel dat we het beoogde aantal renovaties mogelijks zullen weten te halen. 

Daar tegenover staat echter dat er op dit moment vooral sprake is van het plukken van laaghangend fruit? Met andere woorden, de focus wordt vooral gelegd op nieuwbouwwoningen die in de basis reeds zeer degelijk zijn geïsoleerd. In principe moeten deze woningen dan ook nog maar alleen van het gas afgehaald worden. 

De meest complexe delen uit de woningvoorraad van Nederland dienen dan nog aan bod te komen. Het gaat hierbij dan om woningen die in particulier bezit zijn.

Onduidelijkheid over mate van verduurzaming 

Het is opvallend dat er tot dusver niet werd vastgelegd welke mate van verduurzaming er nu precies is vereist. Bovendien is het ook nog eens zo dat een concrete definitie van ‘aardgasvrij ready’ nog ontbreekt. Een uitermate belangrijke vraag die moet worden gesteld heeft dan ook betrekking tot het feit of de verduurzamingsmaatregelen die nu door huiseigenaren worden toegepast daadwerkelijk het gewenste effect zullen weten te bereiken. Het is dan ook nog maar zeer de vraag of deze maatregelen daadwerkelijk zullen gaan bijdragen aan een gasvrije woning in de toekomst.

Het toepassen van een contingentenaanpak 

De organisatie pleit ervoor om een andere aanpak te gaan hanteren voor wat de energietransitie in de gebouwde omgeving betreft. Door het toepassen van haar aanpak zou het mogelijk worden gemaakt om 70 procent van de gebouwvoorraad op een efficiëntere manier te kunnen verduurzamen. Deze efficiëntere aanpak is echter niet het enige voordeel waar je op kan rekenen. Daarnaast geldt namelijk ook dat deze aanpak niet alleen goedkoper, maar bovendien ook sneller gehanteerd kan worden. Centraal in deze aanpak staat het gebruik van contingenten. Is het bij jou niet bekend wat zo’n contingent nu precies inhoudt? Dan gaan we daar nu verandering in brengen. 

Voor contingenten geldt dat ze ontstaan uit een match tussen enerzijds een verduurzaming oplossing die zichzelf reeds heeft weten te bewijzen en anderzijds het DNA waar een gebouw over beschikt. Voor wat dit DNA betreft geldt dat er sprake is van verschillende, gedetailleerde eigenschappen waar een gebouw over beschikt, denk hierbij aan: 

  • Het bouwjaar van de woning; 
  • De ligging van het pand; 
  • De woonwensen die van toepassing zijn; 
  • De samenstelling van het gezin; 

Het is op moment van schrijven de verwachting dat een contingent zou bestaan uit een significant aantal van 15.000 gebouwen. Het doel van het contingent? Ervoor zorgen dat binnen de gebouwde omgeving op een herhaalbare manier een verduurzaming oplossing kan worden ingezet. Op deze manier dient er niet langer maatwerk te worden gehanteerd per gebouw. In de praktijk kan dat onder meer betekenen dat bijvoorbeeld de gebouwen in steden als Groningen en Breda deel uitmaken van hetzelfde contingent. Dit terwijl de woningen uit de gebouwde omgeving van de naastgelegen gebieden tot een ander contingent behoren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*